I swear I won't swear again
Het is maandagavond, ik stap in de tram richting CS. Ik zoek
een plekje in het midden en kijk rustig naar buiten. De kille wind en kale
takken hebben plaatsgemaakt voor een zacht briesje en jonge blaadjes aan de bomen.
Het wordt weer lente. Per ongeluk vang ik een gesprek op van een studentenstel.
Je kent het wel, je wilt eigenlijk niet meeluisteren, maar door de volume van
hun stemmen en de manier waarop jij zit, heb je bijna geen andere keuze.
Bovendien, ik was mijn ipod vergeten. Hij vraagt aan haar hoe haar coschappen
vandaag zijn gegaan en terwijl we langs een advocatenkantoor rijden wijst zij
hem op een mogelijke stage plek. Een dokter en advocaat in spe, denk ik nog,
daar zal de spreekwoordelijke schoorsteen goed gaan roken.
We rijden langs de Westermarkt en komen aan bij de dam. ´Dit
stuk´ zegt zij, duidelijk de tramlijn bedoelend, ´duurt altijd nog zo
kankerlang.´ Mijn adem stokt even en mijn wenkbrauwen beginnen te fronsen, de
oplettende medereiziger had aan mijn gezicht kunnen aflezen dat er iets niet
helemaal goed bij me binnenkwam. Of juist heel erg binnenkwam. Het schelden met
kanker, als in ´kankerwijf´ ´krijg toch de kanker´ ´kanker toch op´ heb ik
nooit begrepen, maar het zetten van ´kanker´ voor een woord om aan te tonen dat
het heel erg of enorm is, nog veel minder. Denk aan ´kankergroot´ ´kankervet´
´kankerdruk.´ Deze woorden zal je nooit uit mijn mond horen. Niet alleen omdat
ik schelden een vrij nutteloze bezigheid vind, ook omdat ik weet hoe zeer je er
mensen mee kan raken.
Waar degene die hiermee scheldt waarschijnlijk niet bij stil
staat, is dat door zo´n woord uit te spreken, je de meest vreselijke gedachten
of herinneringen bij iemand kan oprakelen. Voor heel veel mensen is het
namelijk niet gewoon maar een scheldwoord, maar is het een woord met lading. Met
druk, met pijn, met verdriet. Bijvoorbeeld, iedere keer als ik merk dat kanker
gebruikt wordt als scheldwoord, zie ik mijn doorzieke moeder met overal
slangetjes in de chemokamer voor me. Dat zijn geen beelden die je überhaupt al
graag voor je ziet, en al helemaal niet in een tram. Richting CS. Ik bedoel
maar.
Naast dat het woord allerlei beelden bij je kan oproepen,
stoort het me ook dat het een ´sociaal geaccepteerd´ scheldwoord (is dit geen
contradictio in terminis?) lijkt te worden. Als een beginnende dokter en een
bijna afgestudeerde advocaat dit woord al gebruiken op een doodgewone
maandagavond, waar is het dan ooit begonnen en waar houdt het dan op? Voor mij
stopt het hier, en nu. Het scheldwoord kanker is uit den boze en vanaf nu
beloof ik plechtig dat ik iedereen die het gebruikt, zal aanspreken, in plaats
van er een blog over te schrijven. Want, als je mijn ogen ziet wanneer ik dat
woord hoor op een manier zoals het niet gebruikt hoort te worden, zal je
begrijpen wat ik bedoel.
Kanker.
Zo'n klein woordje, zo'n groot effect.
Reacties
Een reactie posten