'Een klein blond meisje zonder jas, omdat het altijd zomer was' - Acda & de Munnik 'Bij haar zijn'


Onbezorgd en ontspannen. Als ik twee woorden mag noemen die de herinneringen aan mijn jeugd wel redelijk dekken zijn het deze. Alles mocht en alles kon, zonder het te bont te maken natuurlijk. 'Hadden we jullie maar opgevoed' zegt mijn vader nog wel eens gekscherend. Maar op een natuurlijk manier ging het mijn ouders toch aardig goed af. Zorgde deze ontspanning er ook voor dat de klap harde aan kwam toen er zich wel scheurtjes begonnen te vertonen? Ik weet het niet, ik durf het eerlijk gezegd niet te zeggen. Wel weet ik dat je iets niet kan missen wat je nooit gevoeld heb. En wel weet ik dat ik wel degelijk die ontspanning tot op het allerlaatste moment in de kleinste momentjes gevoeld heb.

Leven met kanker is een leven met onzekerheid. Ik heb wel eens gehoord dat mensen hun eigen lichaam nadat ze 'schoon' verklaard zijn niet meer vertrouwen, omdat het hen zo in de steek heeft gelaten. Mijn moeder was te nuchter om zo te denken, mijn moeder hield teveel van het leven om te leven tussen hoop en vrees. De jaren tussen de kanker en de uitzaaiingen waren geen onbezorgde jaren, maar ook geen jaren van vrees. Kanker was geen afgesloten hoofdstuk, maar het voelde wel alsof we aan een nieuwe alinea begonnen. Natuurlijk hadden we de mogelijkheid dat het terugkwam niet uitgesloten, maar hier iedere dag over nadenken was niet de stijl van ons gezin. De onbezorgdheid. Het kwam af en toe weer voorzichtig om de hoek kijken. Tot de zomer van 2007. Er waren 'dingen' te zien op de scan. 'Dingen.' Die 'dingen' bleken kanker. (Not a warm) welcome back, kankerkanker. Waar ik het meest trots op ben en waar ik de grootsheid van ons gezin in proef, is dat we in deze tijd nooit het geluk uit het oog zijn verloren. Natuurlijk waren we niet altijd gelukkig, waarschijnlijk het merendeel van de tijd niet. Maar toch zorgden we er altijd voor dat we het geluk terugvonden. Laat kanker niet je kleinste geluksmomentjes overrulen, moeten we gedacht hebben.

Het geluk van een goede gezinssituatie is lastig aan andere uit te leggen, Ik weet nog dat we in de zomer van 2009 met z'n vieren naar de Panne, België, gingen. De kanker was meer dan ooit aanwezig. Mama begon langzaam aan haar weg waarvan ze wist dat de terugweg niet meer aanwezig zou zijn. Vergeetachtig, weinig energie, veel slapen, in de rolstoel ('de limousine') winkel. Haar hersenen waren hersenen met kanker, haar lichaam was een lichaam met kanker. Niet minder was ze onze moeder. Op een middag gingen mijn zus en ik naar het strand, de enige mooie dag ongeveer, als je in België op vakantie gaat moet je nu eenmaal geluk hebben met het weer. Tot onze grote verbazing kwam mijn moeder ondersteund door mijn vader over het strand aangelopen. Daar lagen we, vier strandbedjes naast elkaar. En een lol dat we hadden. Anne maakte papa belachelijk, ik nam het op voor papa, mama deed er nog een schepje bovenop, Anne lachte het hardst. Mama was mama, de kanker bleef die middag in het appartement liggen. Dat is het laatste levendige niet-uit-te-leggen gezinsmoment wat ik me kan herinneren. Er zullen na die tijd, we hadden nog een krappe zes maanden samen, ongetwijfeld nog wel meer zijn geweest. Deze staat me bij alsof het gisteren was.

Soms denk ik dat ik alles zou willen geven voor één minuut op dat winderige strand in dat half vergane glorie plaatsje in België.

Reacties

Een reactie posten

Populaire posts